Gedicht Pieter Cox

Dit lied schreef onderwijzer P. Cox rond het jaar 1880. De oorspronkelijke tekst uit 1876 is waarschijnlijk door de schrijver in latere jaren op een aantal plaatsen gewijzigd. In de coupletten zijn de wijzigingen cursief weergegeven. Ook van de melodie bestaan meerdere varianten. In eerste instantie was deze in vergetelheid geraakt en in 1973 door organist M. van Nunen met behulp van de familie Wilbers, (woonachtig in Tegelen) die nog summiere kennis van de melodie had, weer zo goed mogelijk op papier gezet.
Tot onze grote verrassing bleek echter dat de originele versie ook nog bestond. Wij vonden de blauwdruk in 2015 terug in het archief van de gebroeders Gerard en Albert Cox. 
 

Gegroet schoone toren! die prijkt over ’t veld.  
Verdurend maar altoos der stormen geweld
(versie 2: Onwankelbaar trots’end des stormen geweld.)
Gij roem voor ons dorpje! vier, vijf eeuwen oud.  
Zoo zwaar en zoo somber, doch sierlijk gebouwd.
Uw muren zoo hecht, zijn met mos dicht begroeid.  
Dat leeft door het water des hemels besproeid.
(versie 2: Dat leeft door de wa’tren, des hemels besproeid.)
U pronkstuk der Kempen! U wijd ik mijn lied!
In leven of sterven verlaat ik u niet!
In leven of sterven verlaat ik u niet!
Bemoedigend wijst gij ons hemelwaarts heen.
Uw kruis op uw top richt, beschermt onze schreën.
Bewaart ons, en geef in ellende(n) ons troost.
Na eeuwen gedenkt hier nog, biddend, ons kroost.
Ook komen wij lang (vaak), aan uw voet nog te saam, (hier staan.)
Om biddend te loven Gods Heiligen Naam.
Ja, daarom zijt gij mij zoo lief en zoo waard.  
Wij blijven voor altijd vereenigd op aard  
Wij blijven voor altijd vereenigd op aard.
Men(U) droeg reeds zoo menigen vriend hier naar ’t graf.  
Wiens lijk men der (ter) aard aan uw voeten hergaf.
Zoo velen, ach, trokken hier stil, één voor één.  
Ter woonstee, vanwaar (waar)niemand (van) wederkeert, heen.
Bij (Op) u rust hun (het) stof, dat de Moederaard’ dekt.  
Tot d’engel der opstanding eenmaal hen wekt.
En valt ons dit rampvolle leven eens af.
Bewaak! dierb´re toren, nog eeuwen ons graf!